TCP

English

Het Transmission Control Protocol, meestal kortweg aangeduid met TCP is een protocol dat wordt gebruikt voor de uitwisseling van informatie tussen computers. TCP werkt hierbij samen met het IP-protocol. Meestal wordt dan ook gesproken van het TCP/IP-protocol. Deze standaard wordt ondermeer toegepast op het Internet.

IP verzorgt de verzending van datapakketten door ieder pakket te voorzien van het IP-adres van de bestemming. IP is echter niet betrouwbaar. Er is geen garantie dat de pakketten aankomen en de volgorde is ook niet altijd gelijk aan de volgorde van versturen.

TCP werkt bovenop IP en laat de toepassing denken dat er gebruik wordt gemaakt van een betrouwbare verbinding. TCP verzorgt hierbij de opbouw van deze verbinding. Hiervoor wordt tussen de zendende en ontvangende computer een verbinding opgezet. Daarbij wordt gebruik gemaakt van een communicatiepoort, die wordt geïdentificeerd met een 16 bits getal. De combinatie van IP-adres en communicatiepoort wordt een socket genoemd.

TCP deelt de datastroom van de toepassing vervolgens op in segementen. Deze segmenten worden van een volgnummer en een controlegetal (checksum) voorzien en doorgegeven aan het IP protocol. Bij de ontvanger worden alle segementen met behulp van de checksum op correctheid gecontroleerd. Foute segmenten worden weggegooid. Daarvoor wordt om een hertransmissie gevraagd. Voor ieder datasegement dat correct wordt ontvangen, wordt een bevestiging teruggestuurd (ACK: acknowledge). De segmenten worden vervolgens weer in de juiste volgorde gezet en doorgegeven aan de toepassing van de ontvangende computer.

Als alle data is verstuurd, breekt TCP de verbinding weer netjes af.

Een algemene beschrijving van de werking van TCP wordt gegeven in RFC 793.




Lees verder
Externe links