IP |
Internet Protocol, meestal kortweg aangeduid met IP is een protocol dat wordt gebruikt voor de uitwisseling van informatie tussen computers die gebruik maken van packet-switching. De informatie wordt hierbij opgedeeld in pakketten (datagrammen) die ieder voor zich van een IP-adres worden voorzien.
Het IP protocol is verantwoordelijk voor de adressering van de datapakketten en de routering daarvan. Als een datapakket te groot is voor het netwerk dat hij moet passeren dan wordt het datapakket opgesplits in fragmenten. Dit wordt dan ook fragmenteren genoemd.
Ieder pakket wordt op zich verstuurd en door het netwerk gerouteerd. Verschillende bij elkaar horende pakketten kunnen dan ook via een verschillende route bij de ontvanger aankomen. Er is geen vaste verbinding van begin naar eind gedefinieerd. Dit wordt connectieloos (connectionless) genoemd. Het IP protocol is bovendien ook niet betrouwbaar. IP doet wel zijn best maar geeft geen garantie dat een pakket aankomt. Een bevestiging dat een pakket is aangekomen op de plaats van bestemming wordt ook niet verstuurd.
Het opknippen van het bericht in blokken data en het bij de bestemming weer in de juiste volgorde zetten van de pakketjes wordt meestal verzorgd door het TCP-protocol. Het IP-protocol verzorgt alleen de adressering en de routering van de afzonderlijke pakketten. Meestal wordt dan ook gesproken van het TCP/IP-protocol.
Een algemene beschrijving van de werking van IP wordt gegeven in RFC791.