Microgolven zijn elektromagnetische golven met een frequentie tussen de 1 GHz en ongeveer 100 GHz. Dit betekent dat de golven een golflengte hebben tussen de 30 cm en ongeveer 3 mm.
Microgolven planten zich, net als licht, in een rechte lijn voort. Ze laten zich nauwelijks afbuigen door obstakels. De hogere frequenties (boven de 5 GHz) hebben last van neerslag doordat de golflengte (kleiner dan 6 cm) in de buurt komt van de diameter van regendruppels.
De microgolf band is zeer geschikt voor radiocommunicatie. Het deel van ruwweg 1 - 3 GHz is zeer geschikt voor mobiele communicatie. De frequentie is hoog genoeg, en de golflengte dus klein genoeg, om met een compacte antenne te kunnen werken en de frequentie is laag genoeg om nog een behoorlijke afstand te kunnen overbruggen. Verder zijn microgolven ook zeer geliefd voor bijvoorbeeld satellietcommunicatie, omdat met een relatief kleine antenne al hele goede antenneversterking kan worden bereikt.
De magnetron werkt op een frequentie van 2,4 GHz. In veel landen wordt dit dan ook een microgolf-oven genoemd.
Dit frequentiegedeelte is opgedeeld in een aantal microgolfbanden.